Wenen 23-29 maart 2012

 

Fotoreportage  de Stad  Geschiedenis Wenen  Dichters en Schrijvers

Studenten met profiel CKV hebben zich vanaf januari 2012 bezig gehouden met de stad Wenen en zijn kunstenaars rond 1900. Het hoogtepunt van de module was een bezoek aan de stad zelf in de vorm van een excursie. Maar hier gingen aardig wat lessen en onderzoeken aan vooraf. Aldwin Kroeze gaf twee lessen, met een opdracht erbij, waarbij de beeldende kunst centraal stond. Ook het lezen van een hoofdstuk over Wenen uit "de duizelingwekkende jaren" van Philipp Blom gaf al een zeker overzicht. Pieter Simons liet zien hoe de ontwikkelingen in de litteratuur in die tijd waren, gezien vanuit de ogen van Karl Kraus. Ook werd er aan een aantal teksten muziek gekoppeld: Verklärte Nacht van Schönberg als omlijsting van de presentatie, een gedicht van Peter Altenberg, op muziek gezet voor zang en orkest door Alban Berg en een gedicht van Karl Kraus, op muziek gezet door Anton van Webern. Met zijn allen hebben we een deel uit een monoloog van Schnitzler gelezen en we merkten ter plekke hoe vernieuwend deze kunstenaar in zijn tijd omging met het fenomeen taal. Marcel Zijlstra liet muziek van Brahms en Wagner horen, de twee grote inspiratiebronnen voor componisten als Mahler en von Zemlinsky die daarna aan bod kwamen. Het hoogtepunt was evenwel een bezoek aan Wenen zelf. Wat is en was dat voor een stad? Om de stad en zijn geschiedenis te leren kennen gaf Pieter een lezing hierover. De studenten hadden zich hier ook al op voorbereid en gaven een presentatie over de Stephansdom, de Karlskirche, de Kapuzinergruft, Schloss Schönbrunn, Otto Wagner, het Secessionsgebouw en het Hundertwasserhaus. Omdat we naar een concert gingen waar o.a. een strijkkwartet van Mozart werd gespeeld gaf Pieter een inleiding over een deel uit een strijkkwartet van Mozart (KV 381, slotdeel). Dit werd jammer genoeg bij het concert zelf later niet gespeeld, maar wel hoorden we een vergelijkbaar kwartet van Mozart. Met al deze voorkennis gewapend dus uiteindelijk naar de muziekstad Wenen zelf. De busreis met eurolines "viel mee". Laten we het daar maar verder niet over hebben... Wel over het weer! De hele week was dat gewoonweg schitterend.

Dag 1, zaterdag 25 maart. Na aankomst bij station Erdberg met 2 keer de U-Bahn naar het hostel, om daar onze bagage achter te laten. De kamers waren om half 9 's ochtends uiteraard nog niet vrij. Vlakbij was een bakker. De bakkersvrouw verzorgde een lekker ontbijt voor ons. Daarna met de Schnellbahn (een soort U-bahn) en aansluitend een stukje met de tram naar Grinzing. Dat is een Idyllisch voorstadje met heel veel "heurigen", wijnproeverijen annex restaurants van plaatselijke wijntelers. Maar daar was ook een kerkhof met het graf van Mahler. Vandaar met de bus naar de Kahlen Berg. Jammer genoeg was het enigszins heiïg daarboven. Maar toch konden we ons voorstellen hoe het er in 1683 aan toe gegaan moest zijn. Een leger onder aanvoering van de Poolse koning zag uit over de stad die helemaal omsingeld was door een groot Turks leger. Pater d'Aviano, de wonderbaarlijke kapucijner monnik aan wie allerlei krachten werden toegeschreven gaf het sein tot de aanval. Het leger stortte zich naar beneden en de Turken werden verslagen. Na deze overpeinzing wandelden we door de wijnvelden naar beneden. In Heiligenstadt zagen we een van de woningen waar Beethoven gewoond heeft en er was daar ook een Beethovenmonument. Daar hebben we geluncht. Toen met de tram naar de binnenstad, naar U-bahn-station Karlsplatz. We reden met die tram over een deel van de Ringstrasse en zagen de Rassauer kazerne, de universiteit en de Votiv Kirche, het Raadhuis, het Parlementsgebouw, het Burgtheater, het Natuurhistorisch en het Kunsthistorisch museum en de Hofburg. Allemaal gebouwen die de meesten van ons tot nu toe alleen van de plaatjes kenden. Wat een stad, wat een eerste overweldigende ervaring! Vanuit de Karsplatz hadden we vervolgens al een eerste blik op het Secessionsgebouw en op de Karlskirche die we later nog zouden gaan bezoeken. Nu ging het naar de Naschmarkt, een grote markt met vooral kaas, groenten etc., maar op zaterdag is er ook een vlooienmarkt. Laat in de middag gingen we naar ons hostel Hütteldorf in het ZW van de stad. De avond werd vrij besteed, de studenten gingen nog naar de binnenstad.

De tweede dag gingen we naar de Stephansdom, een gotische kerk met nog enkele Romaanse onderdelen, maar van binnen heeft deze kerk vooral een barok uiterlijk. Het is een kathedraal, want het is de kerk van de aartsbisschop van Wenen. Hier was ook het graf van Eugenie van Savoye, de legeraanvoerder die al aanwezig was bij de slag om Wenen van 1683, maar vooral daarna furore maakte als legeraanvoerder en schatrijk werd. Hij liet o.a. het paleis Belvedere bouwen. In de kerk was een hoogmis. Van de vaste onderdelen van de mis werd in deze vastentijd het Gloria weggelaten. Aardig was dat de vaste gezangen uit een mis van Michael Haydn kwamen, live gespeeld en gezongen door een koor en orkest. De dienst duurde 5 kwartier. Na een kopje koffie in de Mac Donalds (hoe banaal kan het soms gaan..) maakten we een stadswandeling door een klein deel van de binnenstad. Die voerde ons langs een van de Mozarthuizen. Het was het huis waar hij in gewoond heeft de eerste maanden na zijn aankomst in Wenen. Ook zagen we het Ronacher theater, een soort variétégebouw waar, toen het verwoeste Burgtheater weer hersteld werd tussen 1945 en 1955, ook meer serieuze theaterstukken werden uitgevoerd. Via het Franciscanerklooster liepen we naar de Kapuzinergruft. De Capucijner monnik d'Aviano is begraven in de Capucijnerkerk. De grote nederigheid en opofferingsbereid van deze monniken maakten dat de vroegere keizers als dienaars van god in de kerkers van de Capucijnerkerk begraven wilden worden. Deze Kapuzinergruft is dus de begraafplaats van keizers en familieden vanaf het begin van de 17e eeuw tot en met de laatste Habsburgse afstammelingen. We bezochten deze indrukwekkende begraafplaats. Via de Augustiner kerk, de kerk van de keizers voor huwelijks- en doopplechtigheden en waar ze ook Zondags naar de Mis gingen, liepen we naar de Michaelerplatz en zagen o.a. het Looshuis. Loos was een van de eerste modernisten die de weg wees aan o.a. architecten als Berlage. Op de Heldenplatz voor de Hofburg namen we afscheid om elkaar weer om 3 uur te treffen bij het Leopoldmuseum. Dit museum is vooral beroemd om de schilderijen van Klimt, Schiele, Koloman Moser en verwante kunstenaars. Maar er zijn ook enkele zalen met ouder werk uit de barok. Een prachtig nuseum in een modern gebouw. Even in groepjes wat eten, we troffen elkaar weer bij de Singerstrasse, het Mozart huis dat we ook al bij de ochtendwandeling hadden gezien. Hier was om half acht een concert met voornamelijk strijkwartetten van Haydn en Mozart. Vooral ook de kleine zaal met zijn barokke aankleding en natuurlijk de wetenschap dat Mozart hier ook nog gespeeld had maakten het concert bijzonder. We sloten de dag af in een café in de oude binnenstad.

De derde dag ging het naar Schloss Schönbrunn. We stapten uit in Hietzing en hadden een mooie tocht door de tuinen van het paleis. Maar, wat bleek...: het kasteel werd pas weer vanaf 1 april opengesteld voor bezoek! Net een kleine week later dus pas! Nu hadden we tijd genoeg om de rest van de tuinen te bekijken en naar de Gloriette te lopen, een bouwwerk dat de slottuin afsluit. Hier hebben we daarna met zijn allen om de toch wel kleine teleurstelling te verwerken koffie met gebak genomen. Om vier uur ging het programma verder in een van de huizen waar Mozart lange tijd heeft gewoond, het huis aan de Domgasse. Dit is nu helemaal ingericht als museum. Je krijgt een goed beeld hoe hij daar leefde en veel aspecten van zijn leven worden toegelicht. We hebben alles doorlopen met een audioguide als richtlijn. Voordat we bijna aansluitend naar het Haus der Musik gingen hebben we gezamelijk eenvoudig gedineerd. Het Haus der Musik is een soort klankspeeltuin, alles is gericht op het fenomeen geluid, op muziek en op Weense componisten. Het zelf virtueel dirigeren van de Wiener Philharmoniker was ondanks dat niet alles werkte zoals we het graag gewild hadden een van de hoogtepunten van dat museum. De dag werd afgesloten in een kroeg in de binnenstad.

De vierde dag begonnen we met een bezoek aan het Kunsthistorisches museum. Wat een geweldig mooi gebouw! Alle zalen in stijl gebouwd met de soort kunst die daar gepresenteerd wordt. Een unieke combinatie. Vooral op de benedenverdieping, met kunst vanaf de Egyptenaren tot en met de Romeinen, kwam dat goed tot zijn recht. Ook Gustav Klimt heeft nog zijn steentje bijgedragen aan de aankleding van het museum. Hij heeft reliëfs gemaakt die de verschillende periodes in de kunstgeschiedenis illustreren. Via een tijdelijke stellage kon je deze reliëfs in dit Klimtjaar beter bekijken. 's Middags geluncht in een van de Otto Wagner pavillioens (metrostations die Otto Wagner heeft ontworpen voor alle stations in de stad). Daarna naar de Karlskirche. Wat een retoriek! En ook humor. En trompe l'oeil! Meesterlijk hoe de bovenkant van de koepel allerlei uitstekende balkonachtige onderdelen lijkt te hebben, maar alles is gewoon geschilderd. Prachtige kleuren door al de soorten marmer. En grappige details: boven wordt afgebeeld hoe Carolus Borromeus, de pestheilige aan wie de kerk gewijd is, in de hemel wordt opgenomen. Via een lift kun je in de nok van deze koepel komen en alle details van dichtbij zien. Engeltjes spelen met zijn hoed en zijn bisschopsstaf, die heeft hij in de hemel toch niet meer nodig. Het laatste vaste onderdeel van de dag was het Hundertwasserhaus. Mooi om te zien hoe de idealen van een kunstenaar "hoe een gebouw aangekleed kan worden" verwezenlijkt zijn. Daarna ging ieder zijn weg. Zes studenten bezochten een moderne voorstelling in het Burgtheater. Marcel ging met een Weense studiegenoot eten, Pieter ging wandelen in het Prater.

De laatste dag was iedereen 's ochtends vrij in zijn keuze. Een aantal mensen ging naar het Oberes Belvedere. Je kon goed zien hoe dit paleis, gebouwd door von Hildebrandt in opdracht van Prins Eugenie van Savoye, uit dezelfde tijd kwam als de Karlskirche. Ook weer veel trompe l'oeil. Een erg mooi paleis met ook een bijzondere collectie van barok tot begin 20e eeuw. We zagen bijv. veel mooie werken van Schiele. Ook was er veel barok en biedermeier kunst. Ook enkele prachtige schilderijen van Casper David Friedrich. 's Middags kwam iedereen weer bij elkaar in het secessionsgebouw. Dit kleine museum is in 1897 gemaakt als ruimte voor de moderne kunstenaars van toen om hun kunst te kunnen tentoonstellen. Ze noemden zich de Secessionsgroep. Hierbij hoorden bijv. Otto Wagner en Gustav Klimt. In het openingsjaar was er ook net een Beethovenherdenking. Gustav Klimt heeft hiervoor zijn beroemde Beethovenfries gemaakt. Na een aantal jaren is de muur met dat fries in 8 stukken gezaagd en opgeslagen. Nu zijn de acht stukken weer gerestaureerd en teruggeplaatst. Via een stellage kon je het fries van dichtbij zien. De overige ruimtes van het museum worden nu gebruikt voor tijdelijke tentoonstellingen van moderne kunst, waar het museum ook in 1897 feitelijk voor gebouwd is. De grootste ruimte, een zaal, had een zeer bijzondere akoestiek. De studenten konden het niet nalaten om deze te beproeven met mooi gezang. De weinige gasten van dat moment konden dat gelukkig waarderen. Hierna gingen we terug naar het hostel om onze spullen op te halen. Bij station Erdberg, waar de bus terug naar Nederland zou komen, hebben we nog met zijn allen gegeten. Helaas zat de bus al vrijwel vol en konden we niet bij elkaar zitten op de terugweg. Maar ook dat hebben we overleefd. Sommige studenten wilden na thuiskomst gelijk terug. We hebben al plannetjes gemaakt voor volgend jaar. Padua bijv....