Padua en omgeving
Naar hoofdpagina Fotoreportage (apart venster, eventueel vergroten met F11)Padua is een grote stad vlak bij de monding van de Po in de Adriatische zee. Van oudsher dus al zeer belangrijk. Het is feitelijk een van de oudste steden van Italië. In de vierde eeuw voor Christus werd er een vissersdorp gesticht. In 215 voor Christus werd het onderdeel van het Romeinse rijk en werd een van de belangrijkste handelssteden. Het is de stad waar Livius werd geboren. In de vijfde eeuw werd de stad tot twee keer toe verwoest, eerst door Attila, daarna door de Longobarden. In 779 werd de stad onderdeel van het Frankische rijk van Karel de Grote, daarna onderdeel van het Heilige Roomse Rijk. Keizer Otto de Grote gaf de stad vrije rechten, en onder Frederik Barbarossa trad de stad toe tot de Lombardische stedenbond. Vanaf 1175 werd de heerschappij van de stad overgedragen aan enkele opvolgende families. Ook de strijd tussen de welfen en de gibelijnen ging de stad niet voorbij, in 1256 werd het door de welfen veroverd, waardoor de stad zich tegen de keizer keerde. De stad kwam toen onder gezag van de familie Carrara, die begon met een grote uitbreiding van de stad. In 1222 was er al een universiteit gesticht (de derde na Bologna en Modena). De tijd van grote kunstenaars in Padua (Giotto, Donatello, Mantegna) brak aan. De universiteit had grote faam, in de 16e eeuw was een van de studenten Galileo Galilei. In 1405 werd de stad ingelijfd door Venetië. De Venetiaanse tijd duurde tot 1797, toen de stad door de Fransen werd veroverd, na vredesoverleg werd het datzelfde jaar nog aan Oostenrijk overgedragen. Napoleon lijfde het echter in 1805 alsnog in, bij de vrede in 1814 werd het weer bij Oostenrijk gevoegd. Vanaf 1866 werd het onderdeel van het toen gestichte Italië.
Op godsdienstig gebied is de stad erg belangrijk doordat het graf van de heilige Antonius van Padua er is, in de kathedraal. De tombe wordt de hele dag door aangeraakt door gelovigen die daarmee tot de heilige bidden en waarschijnlijk meestal een wens uiten. In de schatkapel zijn allerlei relikwiekastjes en monstransen uitgestald, waar je langs kunt lopen. In een monstrans zie je de tong van Antonius.
Verder waren we in de Scrovegnikapel en het bijbehorende museum. De rijke Scrovegni had een ommuurd kasteel in de stad met daarbij een kapel, helemaal voorzien van fresco's door Giotto. Deze zijn nog in zeer goede staat. In groepjes mag je de kapel bezichtigen. Ook het museum was zeer de moeite waard, met vooral veel renaissancekunst. Ook het paleis van justitie kon je bezichtigen. De wanden in de enorme zaal waren oorspronkelijk voorzien van fresco's van Giotto met afbeeldingen uit de dierenriem en de bijbehorende wereldlijke taferelen, van 1315-1317 gemaakt, maar bij een brand in 1402 is alles verwoest. Het geheel is door Fra Giovanni opnieuw geconcipieerd, denkende aan de oorspronkelijke fresco's. Ook staat er een enorm houten toernooipaard en zijn er prachtige kosmische uurwerken te zien. Ten slotte gingen we ook nog naar het baptisterium. Dit 13e eeuwse gebouw werd een eeuw later omgebouwd tot grafkapel voor een echtpaar van de familie Carrara. Toen werd er ook een koepel in geplaatst. De doopvont, die toen verwijderd werd, werd er later door de Venetianers weer in terug geplaatst, waardoor de oorspronkelijke functie werd hersteld. De wanden zijn door de kunstenaar Giusto de' Menabuoi tussen 1376 en 1378 van fresco's met bijbelse motieven voorzien.Wij bivakkeerden een heel eind ten zuiden van Padua op een "hotelcamping" in Montegrotto Termi. Een kuuroord omdat er gezond water uit de grond schijnt te komen. Ook bezochten we er een klooster van Hermieten, een kluizenaarsorde. Het was slechts op bepaalde tijden te bezichtigen, en dan ook alleen nog door mannen.. We liepen er omheen na een stevige klim (het lag boven op een berg) en gluurden door de toegangspoort. Het aardige van onze campingplaats was dat je na 10 minuten rijden met de auto bij een treinstation kwam waardoor je snel en goedkoop naar Padua, Venetië en Ferrara kon gaan. Al deze steden bezochten we elk een dag. De camping zelf beviel ons niet zo. Hij was erg duur, voor het zwembad moest je nog eens 7 euro per persoon per dag extra neertellen, het sanitair was niet geweldig (alleen hurkwc's, geen wc-papier), maar vooral de receptie was uiterst onaangenaam. Toen het na enkele dagen ook nog erg benauwd begon te worden gingen we dan ook graag naar Oostenrijk!
Naar hoofdpagina Fotoreportage (apart venster, eventueel vergroten met F11)