Muziek in de 17e en 18e eeuw

Stadsmuzikanten met schalmeien en een trompet.

Detail uit het altaar van Henning von der Heide, 1496, St. Annenmuseum, Lübeck.

Over musiceren in Roermond in deze twee eeuwen is niet zoveel te vinden. Er was om te beginnen elk jaar in November het St. Caeciliafeest. (St. Caecilia is de patrones van de muziek). Dan werd er gefeest, muziek gemaakt en gezongen. Elk jaar trok de Magistraat geld uit om de muzikanten te betalen en een feestmaal te bezorgen. Andere feesten waren het St. Thomasfeest op 21 december, vergelijkbaar met nu oud- en nieuw. Hoewel 21 december pas na de invoering van de Gregoriaanse kalender de kortste dag werd, was het vanouds een van de dagen rond de joeltijd waarin midwintergebruiken bestonden. De hernieuwde levenskracht werd vaak met zang en dans gevierd. In een geschrift uit 1521 klaagde Erasmus dat er in de Thomasnacht in de Rotterdamse kerken werd gedanst. Daarnaast had je het vastenavondfeest in februari of Maart en het St. Jansfeest op 24 juni. Bij dit laatste feest was het gebruikelijk om 's nachts verlichting te ontsteken en vuren te maken. Dit werd vaak vanwege brandgevaar verboden. We lezen ook een keer iets over vioolspel bij feesten. Muziek maken speelde zich verder vooral in de kerk af. Aanschaf en reparatie van orgel wordt genoemd, aanschaf van muziekboeken, betaling van zangers en de kwaliteit van de zang wordt besproken. Ook worden muziek- en dansmeesters aangesteld. Hieronder de summiere stukken uit de raadsvergaderingen van de Magistraat, die hierop betrekking hebben.

22 April 1599. Wordt besloten ten einde het choir der Parochiekerk en het gezang beter in orde te houden, dat daarbij geen choralen (zangers) aangenomen worden, dan die voor drie jaar vast in dienst treden.
18 Maart 1600. Nicolaes Clemens den Pijper 12 gld. met het beding, dat hij alle dagen omtrent 11 uur op den Hoogen toren gedurende ¼ uur op de schalmei zal spelen, uitgezonderd Vrijdags, en dat hij ook 's avonds met de burger wacht op zou trekken.
13 Mei 1604. Het collegio musicorum in nostra parochia toegelegd voor Cantoribus ieder weken 5 stuiver; geen andere wijnpretensien of gelagen te betalen als alleen die van St. Caeciliadag.
15 April 1610. Jan Ruijs voor muziek te zingen in de moederkerk eenen dobbelen Flippen.
16 Juli 1610. Aan Peter Rogier te kennen gegeven, dat de schulden van het "Collegio Musicorum" in de herbergen, aan de stad ingeleverd kunnen worden.
17 April 1614. Daniël van Stout heeft muziekboeken voor de Moederkercke geleverd.
13 November 1614. Aan Coen Ruijss wordt verboden op St. Caeciliadag met de muzikanten in de kerk mede te doen.
12 Maart 1620. Voor het orgel worden 250 pond gr. uitgegeven.
12 November 1620. De muzikanten tot den maaltijd van St. Caecilia krijgen 18 gl.
5 Augustus 1621. Aan Gooris Sieben wordt wegens zijn diensten in de muziek der moderkercke uit de 52 rijksdaalders, die de muzikanten van de stad genieten, 1 ½ rijksdaalder gegeven.
4 Augustus 1622. Tot orgelblaesbalktreder aangesteld Wolter van Buel ad. 26 gld. 's jaars.
8 Mei 1631. Aan Christiaan Tymmerman worden wegens zijn schoon geschreven muziekboeken voor de moederkerk 20 rijksdaalders geschonken.
2 Juli 1641. Geaccordeerd met Mr. Jan Schade, orgelmaker te Aken, dat hij het orgel onderhouden zal voor zes rijksdaalders.
12 Juni 1642. Henrick Walthuser, sangmeester in de parochie.
24 October 1650. Den torenwachter 14 stuiver daags toegelegd, mits dat hij de gemeijnte mette trompet ofte schalmeye wat vermaken zal van 11 tot 12 des middags.
12 Juli 1658. Reglement op de torenwacht. Des morgens bij aankomst zal de torenwachter op zijn trompet blazen het lied: "Het daeget in den Oosten, het licht schijnt overal." Hij zal een teeken geven bij het zien van naderende troepen.
16 Juni 1661. De gegageerde muzikanten zullen niet verplicht zijn met kermis op te trekken.
2 September 1679. Reparatie van het orgel in de Parochiale kerk
13 April 1684. Francis van Laer zal het Oxael als muzikant mogen frequenteeren.
6 Maart 1692. De Magistraat komt in ervaring dat er alhier gemaakt en gezongen worden scandaleuse liedekens tot quellinge en onrust van sommige borgeren, bedreigt daartegen straf.
20 October 1698. Het orgel der kathedraal gerepareerd.
1 maart 1700. Antonius Anthony zal voortaan de choralen van 11-12 uur op de hoge school instrueren in de zang.
Blijkbaar was er dus een koor dat dagelijks een uur les kreeg. Je mag aannemen dat het niveau dus behoorlijk was.
18 Maart 1700. Subsidie tot het maken van den orgel der Minderbroeders.
1 september 1701: Joannes Gravendyck wordt tot orgeltreder aangesteld in plats van Jacobus Crijnen.
15 september van hetzelfde jaar lezen we "aan Jacobus Crijn, die naekt ende bloot gesien, 4 ellen laken tot eenen rok. Hier kun je je fantasie over laten gaan. Jacobus Crijnen, ontslagen als orgeltreder (met voeten trappen om orgelpijpen van lucht te voorzien) is blijkbaar werkloos geworden. Is hij demonstratief naakt gaan lopen om te laten zien dat hij geen inkomsten meer heeft?
12 Juli 1703. De organist Hermanus Vinckenius klaagt over 't orgel.
3 Januari 1704. Bartholomé de Louvis wordt aangesteld tot dansmeester van de stad.
15 Mei 1703. Den orgelmaker Conrardt Rubrecht wordt het burgerrecht verleend.
14 Juni 1717. Geen kroonen op te hangen en niet daaronder te dansen (kroonluchters op straat)
26 October 1722. De stad seeft 400 gulden loopende munt voor een nieuwen orgel in de Cathedraal.
19 November 1722. Aan de muziekanten 6 pattacons onder bepaling dat zij geen zuren wijn zullen drinken.
23 Juni 1732. Aan muziekboeken voor het kerkenkoor eene bijdrage van 7 pattacons, 7 schellingen.
20 November 1732. aan de muzikanten 6 pattacons om feest te vieren.
Dit zien we al meer dan 100 jaar zo gebeuren rond de tijd van het St. Caeciliafeest
31 Maart 1740 Men zal een nieuwen orgel in de parochiekerk maken. Hij zal kosten ongeveer 1800 pattacons.
17 Mei 1753 Tot musicanten der parochie aangesteld Theodorus van der Schuijren, Joseph Prousd en Ferdinand du Puis.
29 Maart 1773. Geen gelden voor Caeciliafeest, noch geld voor kleeding, zullen aan de choraelen betaalt worden, wel de volgende gagien:
Organist Erw. heer Coenen 100 gl.
Phonasens Ew. Heer Hospes 20 gl.
Muzikant du Puy 20 gl.
Id. Richard 20 Gl.
Id. J. Proust 20 Gl.
Orgeltreder Van der Schuijren 20 gl.
Totaal 200 gl.

 

 Ziet u slechts 1 pagina?
klik hier voor de volledige website
"Voorouders uit Midden-Limburg"